Bij de geboorte
Aangeboren afweersysteemEr worden twee verdedigingssystemen onderscheiden bij de afweer"
Aangeboren ofwel niet specifiek
Adaptief ofwel specifiek
Eerlijk gezegd lopen die systemen nogal in elkaar over en het is niet altijd duidelijk wanner het ene systeem stopt en het andere begint.
Er is een belangrijk onderscheid tussen aangeboren en adaptief afweersysteem.
De cellen van het aangeboren afweersysteem ontstaan door mitose.
Het adaptieve afweersysteem wordt geleid wordt door T lymfocyten en B lymfocyten. Zij worden niet gevormd door een simpele mitose. Deze lymfocyten hebben een ontstaansgeschiedenis die zeer complex is. Ze worden gevormd na allerlei gegoochel met hun DNA. Dat heet recombinatie van DNA.
Eerste verdedigingslinie
We worden beschermd door onze huid en door een slijmlaag in onze longen en andere organen. We worden ook beschermd doordat cellen hun eigen afweer hebben.
Deze cellen worden ondersteund door afweercellen die altijd in de buurt zijn, zoals macrofagen en dendritische cellen.
Deze cellen zijn onderdeel van onze eerste verdedigingslinie, samen met huid, slijm en cellen zoals epitheelcellen. Veel van de afweercellen zijn elk moment van de dag bezig om ons te beschermen tegen bacteriën en virussen.
Contact
Als een receptor van een lichaamscel contact maakt met een molecuul van een mogelijke ziekteverwekker zoals Lipopolysacharide van een bacterie, dan wordt hij geactiveerd en geeft (via andere moleculen) signalen af aan het DNA in de kern. Dit DNA wordt actief en er ontstaan eiwitten met een afweerfunctie.
Receptoren herkennen ziekteverwekkers aan hun molecule zoals Lipopolysacharide (LPS) en geven een signaal aan het DNA in de kern (dat is complexer dan hier getekend is). Daardoor worden uiteindelijk cytokinen met verschillende functies gemaakt.
https://www.tcd.ie/Biology_Teaching_Centre/assets/pdf/by2209/co%27fby2209.2012-lecture7.pdf
De epitheelcellen maken signaalstoffen ofwel cytokinen.
Deze stoffen trekken afweercellen aan zoals macrofagen.
Complement systeem en antistoffen
Als de ziekteverwekkers toch in het bloed terechtkomen is er een chemisch afweersysteem: het complement systeem. Ook zijn er altijd antistoffen aanwezig. Deze antistoffen zijn weliswaar niet zo krachtig, maar doen wel degelijk mee in de afweer.
Antistoffen en complementstoffen kunnen zich aan de ziekteverwekker hechten (opsonisatie). V Een macrofaag die een bacterie tegenkomt waaraan antistoffen of complementstoffen vastzitten, zal deze opnemen ofwel fagocyteren.
Een macrofaag zal een ziekteverwekker opnemen als deze bepaalde kenmerken heeft.
Tweede aangeboren stap, neutrofiele granulocyten
Bij een grotere infectie worden er meer alarmstoffen (cytokinen) afgegeven. Er wordt dan hulp geboden vanuit het bloed. De neutrofiele granulocyten (kortweg neutrofielen) komen dan een handje helpen. Zij vormen 70% van alle leukocyten in het bloed. Deze neutrofielen leven vrij kort. Ze worden voortdurend bijgemaakt door het beenmerg.
http://www.bloodjournal.org/content/127/18/2173/tab-figures-only
Neutrofiele granulocytes worden voortduren bij geproduceerd in het beenmerg. Er zijn wat opslagplaatsen in milt en lever. Ze leven volgens sommige studies maar een uur of vijf en volgens andere studies hoogstens 5,4 dagen.
Afweercellen ofwel leukocyten ofwel witte bloedcellen, bevinden zich in weefselvloeistof en bloed. Ze worden gevormd uit stamcellen. Die stamcellen maken deel uit van het beenmerg. Uit deze stamcellen ontstaan ook rode bloedcellen en bloedplaatjes.
Neutrofielen krijgen een signaal
De neutrofielen stromen langs de cellen. Ze kunnen echter afremmen na een signaal van de de cellen rond het bloedvat, de endotheelcellen
Die endotheelcellen zijn geactiveerd door cytokinen van cellen, die contact hebben gemaakt met de ziekteverwekker.
De endotheelcellen maken daarop chemische stoffen op hun celmembraan.
Receptoren van de neutrofielen hechten zich daaraan.
De neutrofielen verlaten vervolgens, op die plaats die plaats, het bloedvat (extravasatie).
Neutrofielen zijn een soort chemische granaten die alles en iedereen in de buurt doden, ook de lichaamscellen.
De neutrofielen kunnen dus de vijand vernietigen, maar tegelijkertijd ook lichaamsschade aanrichten.
ICAM en VCAM zijn de moleculen die gemaakt worden door endotheelcellen en dee neutrofielen afremmen en ervoor zorgen dat ze het bloedvat verlaten.
Andere hulptroepen
Lichaamscellen reageren op ziekteverwekkers, evenals macrofagen, dendritische cellen en neutrofielen.
Bij een infectie worden signaalstoffen afgegeven waardoor ook mestcellen (produceren veel activerende stoffen) en natural killer cellen (doden virus geïnfecteerde cellen en kankercellen) en de broers van de neutrofielen, de basofielen en eosinofielen geactiveerd worden. Die cellen activeren elkaar en ook zichzelf.
De relaties tussen de verschillende cellen van het afweersysteem zijn zeer complex. Er worden nog steeds nieuwe relaties ontdekt.
https://nl.pinterest.com/pin/451204456386823635/
In dit schema zie je de typen leukocyten en hun functies.
Mestcellen, macrofagen, natural killer cellen en dendritische cellen worden nog apart toegelicht in aparte onderdelen hierna